Als Paula
en ik een stad bezoeken staan de tuinen en parken steevast op ons programma. In
Madrid zijn verschillende wereldtoppers. Een ervan is de verticale tuin van Patrick Blanc aan het
Caixa Forum. Een project dat bijna de aandacht afleidt van het Caixagebouw
ontworpen door Herzog & de Meuron. Herzog heeft een oud bakstenen
industriële complex van de grond getild om een plein te creëren; bovenop heeft
hij een stalen, roestig uitziende, constructie geplaatst. Blanc heeft op een 24 meter hoge muur van het gebouw ervoor een tuin aangelegd. Door middel
van een beregeningsinstallatie in gesloten circuit krijgen de planten ook
meststoffen toegediend. Hij legt dergelijke tuinen aan zowat overal in dewereld en verkoopt zijn gebrevetteerde formules goed. Maar het is ook een wetenschapper van hoog
niveau, van het Centre National de la Recherche Scientifique in Parijs. Hij
merkte op basis van jaren observatie van de plantengroei op rotswanden dat
planten niet noodzakelijk aarde nodig hadden om zich te ontwikkelen. Het bewijs
is dat er een heleboel planten groeien op rotsen, hellingen en andere droge
gebieden. Ze leven dankzij een minimum aan water en licht. In 1994 presenteert
hij in Chaumont – een jaarlijks tuinfestival dat de moeite waard is- zijn eerste verticale tuin. Wij zagen die daar jaren later in een stralende
gezondheid. In een interview – in zijn slecht Engels – legt hij zijn
principes uit.
Een tweede
topper is de tropische binnentuin van het station van Atocha: 4 000 m² met 7 000 planten en metershoge palmen en een originele
schildpadvijver waar een treinreiziger van wie de trein te laat is kan komen
onthaasten. Het gebouw - een meesterwerk
van de stationsarchitectuur in ijzer van 1892 - is van Alberto de Palacio y
Elissague, een leerling van Eiffel. In 1985 werd het station gerenoveerd: het
nieuwe station, het grootste van Spanje, heel sober en efficiënt, werd tegen
het vroegere station gebouwd. In 2004
verloren hier bij een terroristische aanslag bijna 200 mensen het leven.
Alberto de
Palacio y Elissague was ook de architect van het Retiropark vlakbij, een andere
tuin van wereldklasse. De historische tuin Parque del Retiro werd aangelegd in 1630
voor Philips IV (diezelfde die zijn
zilvervloot verloor aan Piet Hein). Vier eeuwen later zijn die 130 ha een
trekpleister voor de lokale bevolking en de toerist. Wij zagen er honderden
Madrilenen aan collectieve gymnastiek doen. Er is een grote vijver met het ruiterstandbeeld
van Alfonso XII, van Mariano Benlliure, (hier aan het werk) . Wij bezochten
in de Real Academia de
Bellas Artes de San Fernando (gratis, nog tot 30 juni 2013) een tentoonstelling van die kunstenaar. Benlliure is een meester in het
weergeven van kleine details. Voor mij is
zijn meesterwerk ‘El encierro’.
goya door Benlliure |
De Palaciode Cristal in het Retiro - een kopie van het
Crystal Palace uit Londen, evenals de serres van Laken - was spijtig genoeg
tijdelijk dicht. In het park zijn verder
verschillende tuinen waaronder la Rosaleda en
de Jardines de Cecilio Rodriquez met zijn pauwen.
Vlak erbij is
de koninklijke botanische tuin. Die is betalend en zoals vele botanische tuinen
minder interessant behalve voor plantenspotters. De dahlia kwam hier uit Mexico aan in 1788. Als
ooit in Europa alle exoten worden verbannen zullen onze tuinen er heel eentonig
uitzien…
Aan de
noordzijde van het Palacio, calle Bailén, boven de Campo del Moro, zijn de strakke
Jardines de Sabatini een bezoekje waard. Vandaar kom je na ongeveer een
kilometer stappen langs een halve autostrade, de Paseo de la Virgen del Puerto,
aan de ingang van de Campo del Moro. Deze tuin van twintig hectare behoorde
ooit tot het Koninklijk paleis en is op zichzelf meer als de moeite waard. Maar
die mooie tuin is niet meer toegankelijk vanuit het Paleis, en zelfs niet
vanuit de zijingangen. Er blijft slechts een enkele ingang ver weg van het
Paleis, vlak langs een halve autostrade. Een deel van de tuin is trouwens
opgeofferd aan koning auto, alomtegenwoordig en dominant aanwezig in Madrid.
Muralla arabe |
De naam ‘Campo
del Moro’ slaat terug op een kamp waar de Moren legerden in de 9e eeuw. De Emir vanCordoba Mohammed I bouwde er een fort aan de oevers van de Manzanares. De
Moorse muur (Muralla árabe) langs de Almudenakatedraal is slecht herontdekt in 1950 en onmiddellijk Monumento
Nacional werd uitgeroepen. Langs die muur is het mooie Parque del Emir Mohamed
1 aangelegd, een beetje weggestoken door een viervaksbaan die ervoor passeert.
Het parkje is slecht in het weekend open. Alhoewel men niet kan zeggen dat
Spanje zijn Moorse verleden in de verf zet – ik heb moeten zoeken naar
referenties van die Moorse muur op google - heeft Madrid wel een paar geldige excuses. Madrid
is lang slechts een militair steunpunt geweest – die Muralla árabe moest het
dorp rond het Alcazar beschermen - en het is slechts onder Keizer Karel dat het
uitgegroeid is tot een stad.
In 1047
verovert Koning Ferdinand van Castilië voor het eerst Madrid, maar de plaats interesseerde
hem niet en hij gaf die in leen aan de Moorse
koning van Toledo. El Cid werd onterfd en verbannen omdat hij in 1081 Toledo had
aangevallen voor eigen rekening. Hij vocht bijna een decennium voor Zaragoza
Al-Mu'tamin die hij een groot christelijk leger onder Koning Sancho Ramírez van
Aragón hielp verslaan.
De
kleinzoon van Ferdinand, Alfonso VI, veroverde Toledo in 1085. Maar in 1109 nog
werd Madrid verwoest door de Moorse koning Tesufin. De moslims werden slechts verjaagd
uit Madrid in 1132. Het is slechts onder
Karel V dat Madrid de titel "Koning- en keizerstad" krijgt. Hij begon
met de verbouwing van de oude Arabische vesting tot wat vandaag het Palacio
Real geworden is. In 1561 slechts verlaat Filips II Toledo en maakte van Madrid
de nieuwe hoofdstad van Spanje. Maar rond het eerste millennium was Madrid
slechts een militair steunpunt dat zelfs niet permanent bezet was en het is dus
te verontschuldigen dat het Parque del Emir Mohamed 1 wat in de schaduw blijft.
In 1561 kocht
Philips II - de enige wettige zoon van keizer Karel V - het Casa de Campo als
jachtgebied. Het is nog altijd een groene gordel op de flanken van de
Manzanares. Een deel ervan groeide uit tot de koninklijke tuinen van de Campo
de Moro. Vlak erlangs begint het Parque de l´Oeste met de Templo de Debod, een
Egyptische tempel uit de derde eeuw voor Christus, waar men met hele bussen
tegelijk komt genieten van een mooie zonsondergang. Een beetje opgepept door
Isis, Osiris, Horus en andere zonneaanbidders (hier in casu de ondergaande
zon). En op de rand van het politiek korrekte: Spanje kreeg deze tempel als ‘beloning’
voor zijn hulp bij het redden van de tempels die onder water werden gezet door
de Assoeandam.
casa campo |
Aan de
Paseo Pintor Rosales bovenaan het park vind je terrasjes, waar het leuk zitten
is tussen de Madrileense families, die hier vooral in het weekend en op warme zomeravonden
een drankje komen doen.
Aan de
overkant van de Manzanares ligt het Casa de Campo. Het is een publiek park van
17 km², eigenlijk een vrij woeste vlakte. Men kan er naartoe met een kabelbaan.
Deze vrij recente constructie (1969) is 2,5 km lang. Aan het eindstation is een
terras en een speeltuintje. Op de Casa de Campo is ook een een attractiepark
met achtbanen, een dierentuin, een meer, een openluchtzwembad en verschillende
uitgaansgelegenheden maar die zijn vanuit de Téléférico niet direct bereikbaar.
De kabelbaan is wel de moeite voor het uniek uitzicht op het Palacio Real en de
rivier de Manzanares, die voor de rest de stad de rug toekeert. Het Casa deCampo was ook drie jaar een slagveld, maar daar zijn
ze in Spanje nogal discreet over. Er moeten nog loopgraven en bunkers zijn,
maar ik heb die van boven uit niet opgemerkt. Op 6 november bereikten de nationalisten onder leiding van generaal Franco de
buitenwijken
van Madrid. Franco richtte de e hoofdaanval op Casa del Campo, om
van daaruit de Manzanares over te steken en naar het centrum door te steken. Generaal
Mola zou in vier colonnes oprukken en rekende op de hulp van de 'Vijfde
Colonne', van in de stad opgesloten nationalisten. De 20.000 franquisten,
waarvan 10.000 elitetroepen, vonden de Internationale
Brigades op hun weg. Pas op 19 november slaagden de nationalisten onder
bescherming van hevig artillerievuur erin om een opening naar de
universiteitsstad te forceren. De strijd hield nog enkele weken aan, maar in
feite was een patstelling bereikt. Franco verlegde zijn aandacht naar Baskenland en Asturië, die rijk waren aan
grondstoffen benodigd voor oorlogvoering. Ondertussen bleven de twee kampen
mekaar beschieten in het Casa del Campo.
casa campo |
De oever
van rivier de Manzanares was lange tijd een beetje vergeten, maar een gedeelte
van de ringweg rond Madrid die hier langs raasde, ging ondergronds. Die ringweg
is voor Antwerpse actievoerders een
alternatief model voor de lange wapper. Hiermee
kwam er langs de rivier een 10 kilometer ´groene zone´ vrij, met Madrids eerste
stadsstrand. Vandaar dus Madrid Rio.Hier kun je in ondiep water spetteren tussen fonteinen of iets drinken op het
terras. Het zag er ons toch niet zo aantrekkelijk uit en wat verlaten. Om er te
geraken moet je een viervaksbaan over, en dat nieuwe park is tien kilometer
lang, wat voor ons oude benen wat te veel leek. Maar wie daar even wil gaan
zien kan dat via de Metro: Príncipe Pío, Puerta del Ángel Madrid Río
(noordelijk gedeelte), Pirámides, Marqués de Vadillo, Madrid Río
(middengedeelte), Legazpi, Almendrales
(zuidelijk gedeelte). Laat ons iets weten!
En dan zijn
er nog een paar tuintjes waar wij niet meer zijn geraakt. Schuin tegenover
Plaza Castilla bevindt
zich het complex van Canal Isabel II, Madrid´s
waterbedrijf. Boven op de waterdepostito´s is een park aangelegd, het Parque
Canal Isabel II. Volgens tripadvisor bieden pergola´s fijne schaduw in de
Madrileense zomers, een waterlabyrint biedt verfrissing en de rozentuin is
gewoon mooi. Madrid heeft dus vlak in het centrum een fameuze groene long. Wie
ooit Madrid Rio gaat verkennen mag mij iets laten weten…
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire