Onze fietsvakantie
in Limburg (dank Jean Marie en Gerda voor de gastvrijheid) draaide rond de
voormalige mijnsite van Waterschei. Wie er nog van wil genieten moet niet te
lang wachten: Harmonic Fields bijvoorbeeld pakt zijn biezen al op 7 augustus.
Wij
bezochten er Harmonic Fields in het Thor Park, twee keer zelfs. De artiest Pierre Sauvageot heeft er 500 instrumenten gemonteerd die
uitsluitend bespeeld worden door de wind.
Sauvageot wil alle grote winden van de wereld vangen. Om wat te doen ?
Om grote winden te laten ? De dag van ons eerste bezoek heeft hij wel
niets gevangen: windstilte en dus ook geen muziek. Oorspronkelijk ging Harmonic
Fields boven op de terril komen. Maar dat is natuurgebied.
En je moet natuurlijk ook de bezoekers naar boven krijgen… Men had misschien kunnen
proberen de grote windturbine waarmee de mijn werd belucht terug te lanceren? In
alle geval leek het project ons interessant genoeg om de dag erop terug te
keren, met vier à vijf Beaufort. Het orgelpunt zijn de
ligstoelen in het violenpark. Nog tot 7 augustus. Op 22 augustus moet Sauvageot met zijn installatie in Helsinki zijn.
ligstoelen in het violenpark. Nog tot 7 augustus. Op 22 augustus moet Sauvageot met zijn installatie in Helsinki zijn.
Sauvageot werkt niet alleen. Hij werkt met het collectief "Lieux
publics" : een ploegje is voortdurend in de weer om die instrumenten
te stemmen. Zo bijvoorbeeld die plasticbanden van 100 meter – het soort
feuillard dat in de verpakkingsindustrie wordt gebruikt – die met een beetje
wind in resonantie gaan.
Lieux
Publics zijn eigenlijk artiestenresidenties in Marseille. Daar organiseren ze op
28 en 29 september 2013 de "Stars on stairs". Of hoe de trappen van het station van Saint Charles in Marseille
afkomen op een "fantaisievolle en onvergetelijke wijze". Daarbij zal
de trappenscène van Potemkin in het niets verzinken. Een suggestie voor de montagne de Bueren in Luik?
Wij
bezochten op dezelfde site de metershoge portrettenreeks (Fragment Heroes OfLabour) van honderd Oekraïense mijnwerkers. De portretten lichten in de pikdonkere
ruimte op door bewegingssensoren. In 1935 slaagde de Oekraïense mijnwerker
Stakhanov veertien keer meer dan het officieel voorgeschreven quotum kolen op
te graven. De grootste Europese mijn werd naar hem
vernoemd. Hier nam
Kosorukov zijn portrettenreeks die hij in een indrukwekkende audiovisuele
installatie verwerkte.
Een tentoonstelling
wil vandaag geen informatie meer geven, maar wil de bezoeker onderdompelen in
een bepaalde sfeer. Heel dikwijls is de inhoud heel magertjes. Maar
installaties zoals die Heroes of Labour verzoenen mij met deze trend. Kosokurov heeft iets te vertellen. Er is een videoportret van
een vrouw die als lid van het precariaat soms in een trein voor een paar centen
de Internationale zingt. In videoinstallatie zien we het einde van de shift in
de Stakhanov-mijn: een knipoog naar de eerste film uit de geschiedenis van de broers
Lumière “La Sortie des usines Lumière à Lyon”.
Kosokurov: “het wereldwijde machtsevenwicht dat ooit – toen langs
weerszijden gestreden werd voor het morele overwicht en een zekere mate van
sociale rechtvaardigheid in de kapitalistische maatschappij overeind hield –
kantelde met het einde van het sociale systeem in de Sovjet-Unie. Bruut
kapitalisme werd toen op het niets vermoedende wereldtoneel losgelaten. Ik
putte voor mijn project uit een bijna mythologische geschiedenis toen de waarde
van de arbeid zijn hoogtepunt kende. Met deze elementen wil ik een bijna
archaïsche Tempel voor de Arbeid maken, een buitenissig grote installatie, die
eindigt met vraagtekens, eerder dan met antwoorden. Deze elementen hebben voor
Genk een extra dimensie gekregen met de aangekondigde sluiting van Ford.
De Sovjetheld Stakhanov verscheen met zijn portret op de cover van Time
Magazine. Het was de eerste keer dat een arbeider voor zijn werkprestaties wereldwijde
faam verwierf”.
In hetzelfde gebouw is er ook Mine Art 1: een nogal bleke verlenging van
Manifesta 2012 met een heterogene kollektie kunstwerken van alle soort. Ik
apprecieerde een reeks fotos rond de nog
bestaande hanenclubs in Vlaams-Brabant en Limburg. Deze foto’s waren reeds te
zien op de tentoonstelling ‘t Kiekenkot in het Casino van Beringen eerder dit
jaar.
En dan is
er nog het wandelpad STEENRIJK. Het Designerscollectief ‘HET
LABO’ (design met een knipoog, gespecialiseerd
in projecten in de openbare ruimte) bespeelt het thema van de kleine stapeltjes
natuursteen, die op elkaar gelegd om te dienen als richtingaanwijzer op een
wandelpad. Men is er werkelijk in geslaagd de
wandelaars te verleiden om mee te bouwen. Werkelijk a work in
progress ! Ik weet niet wat Genk betaald heeft voor Steenrijk, en een goed idee
verdient ook wel wat, maar materieel gezien heeft steenrijk niet meer gekost
dan het aanvoeren van een camion stenen.
En
tenslotte ben ik nog met Luc in C-Mine de tentoonstelling Hanover Suite /
Message to Youth van de kunstenaar Ives Maes gaan bekijken. De expo focust op
het Nederlands paviljoen voor de expo van Hannover in 2000. Op zichzelf
een interessant gegeven: dit paviljoen was in 2000 een ikoon. Met de stapeling
van vijf verschillende landschappen moest dit ecologisch toonpaviljoen een
voorbeeld zijn hoe ruimte efficiënt kan gebruikt worden. De derde verdieping was
een bos waarvan de stammen dienst deden als draagconstructie voor de
bovengelegen verdieping. Een verdieping lager zaten de wortels van deze bomen in
enorme betonnen potten. Op de eerste verdieping werden chrysanten geteeld,
waarmee een alternatief getoond werd voor de gebruikelijke kassenteelt.
Tenslotte kwam men terug op de begane grond, met een betonnen
duinlandschap.
Men wilde zelfs het Nederlandse paviljoen na afloop van de tentoonstelling
overeind laten zoals de Eiffeltoren. Maar de tentoonstelling was een flop op
alle gebied, ook financiëel. Ik heb Hannover nog gebruikt als tegenargument
voor de Expo 2017 in Luik. De tentoonstelling in C-Mine geeft enkel de huidige
teloorgang weer en situeert nergens dit gebouw in zijn contekst. Spijtig, want
deze ruïne is vandaag een monument van de bling bling cultuur…
En als afsluitertje de waterburcht in Millen. Een intelligent gerestaureerd gebouw,
met zelfs een klein museum erbij. Een knap terras. Een aanrader voor de familie
Hertogen die hun tante Trui nu in een home in Millen moeten bezoeken. Ik las er o.a. dat de centrale toren
onderaan geen deur had: die is er veel later in uitgehouwen. Zij kropen via een
ladder omhoog, die zo nodig kon binnengetrokken worden. En ik die dacht dat die
manier om zich te verdedigen typisch was voor de Strangford Loch in Noord
Ierland…
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire